avondetappe

 

 Het is een zwoele zomeravond in het jaar 2027. Op een knus pleintje voor een fraai belicht Frans château zit Mart Smeets klaar voor een aflevering van De Avondetappe. De inmiddels 80-jarige sportcommentator is niet van het beeldscherm weg te slaan en is een paar geleden door de NOS weer van stal gehaald. Want een Tour de France zonder Mart is als Limburg zonder vlaai. 


 Mart: 'De eerste gast vanavond is iemand met een groot hart voor de wielersport. Iemand die dezelfde voornaam draagt als mijn grote voorbeeld en illustere leermeester, Jean Nelissen. God hebbe zijn ziel. Beste kijkers, zijn gezicht zegt u misschien niet zoveel, maar als ik zeg 'Tijdrit tegen de zon', ',De das en de vos' en 'Dat is voor later', dan gaat er waarschijnlijk wel een belletje bij u rinkelen. Nietwaar, Jean?"

Ik: "Hopelijk wel, Mart. Want dat zijn namelijk de titels van mijn verhalenbundels."

Mart: "Ooit gedacht dat je boekjes zo'n succes zouden worden?"

Ik: "Nou, wel gehoopt, maar niet gedacht. Het begint er allemaal mee dat je schrijven leuk vindt. En ergens hoop je er natuurlijk ook op dat er mensen zijn die je verhalen ook daadwerkelijk lezen. Maar dat het dan zo'n groot succes wordt…nee, daar durf je eigenlijk niet eens van te dromen."

Mart: "Gek toch. Dames en heren, hier zit een man die niet eens zo lang geleden in zijn vrije tijd gewoon voor de lol leuke stukjes schreef, en nu niet meer is weg te denken uit het Hollands schrijverslandschap. Dat is mij nogal wat, zeg! Maar ben jij eigenlijk niet veel te bescheiden? Zou jij eigenlijk niet meer wat meer 'klootzak' moeten zijn? Maar dat zit geloof ik niet zo in jullie Limburgers, hѐ?"

Ik: "Ik weet het niet, Mart. Weet je wat het is? Ik schrijf gewoon op wat in mij opkomt en kennelijk beleven veel mensen er plezier aan om dat te lezen. Méér is het niet."

Mart: "Ho ho, Jean, dat is te kort door de bocht! Volgens mij doe je jezelf nu tekort! Ik heb ook wel eens een boekje geschreven en weet hoeveel bloed, zweet en tranen dat kost. Je moet de lezer toch echt winnen voor je verhalen?"

Ik: "Tja Mart, als jij het zegt…"

Mart: "Trouwens nu heel iets anders, Jean. De reden dat wij je hier hebben uitgenodigd, is ook dat je in je boeken ook geregeld aandacht besteedt aan wielrennen. Wat heb jij met die sport?"

Ik: "Nou, op mijn zestiende kreeg ik van mijn vader een tweedehands Peugeot-racefiets en sindsdien ben ik verknocht aan wielrennen. Ooit reed ik ook vier keer de Marmotte."

Mart: "Ho, stop!! Wablief, de Marmotte? Hoor ik het goed? Misschien moeten wij het de kijkers thuis eerst  uitleggen. De Marmotte is een belachelijk zware fietstocht in de Franse Alpen waarbij je op één dag over zowat alle bekende cols uit de Tour heen moet. Elk weldenkend mens laat zoiets wel uit zijn hoofd. Zeg ik het zo goed, Jean?"

Ik: "Je zegt het heel goed, Mart."

Mart: "En jij hebt dat ding dus vier keer uitgereden?"

Ik: "Om precies te zijn vier keer aan de start gestaan, waarvan twee keer uitgereden."

Mart: "Daarvoor maak ik een heel, héél diepe buiging, Jean! Maar beloof je mij dat je nόόit meer de Marmotte zult rijden, maar het voortaan bij die leuke boekjes van je  houdt? Want de Nederlandse lezer wil nog langer plezier aan je beleven, zeg!"

Ik: "Ik beloof het, Mart."

Mart, schaterlachend: "Haha, mensen, wat een vent, hѐ, die Jean van Pol? We zijn ontzettend blij dat je vanavond hier bij ons te gast wilde zijn. Wat een prachtkerel! Mag ik dat zo zeggen? Ja, dat mag ik zo zeggen."

Commentaren: 0